Collectie walvisvaart


Scrimshaw

Om de verveling te verdrijven zochten walvisvaarders tijdens de lange zeereizen van en naar de jachtvelden afleiding aan boord. Een geliefde bezigheid was het bewerken van potvistanden. De artistieke begaafdheid van het zeevolk bepaalde wat er van werd gemaakt. De een hield het bij een simpel gebruiksvoorwerp, een ander maakte er een waar kunststuk van.  Walvisvaarders sneden er afbeeldingen uit, etsten de tanden of schilderden er afbeeldingen op. De Amelander musea hebben een aantal fraaie exemplaren in de collecties.

De Engelsen gaven de naam Scrimshaw aan deze zelfvlijtproducten. Daar zijn ze in grotere aantallen in musea te vinden. De Amerikaanse president John F. Kennedy was een verwoed verzamelaar, wat de belangstelling voor deze souvenirs verder vergrootte en de prijs opstuwde.Voor fraaie objecten worden door verzamelaars prijzen tot wel 4500 euro betaald. 

De prijzen blijven mede zo hoog omdat sinds de jaren ’70 van de vorige eeuw de aanvoer van potvistanden wegviel. Uit krantenfoto’s blijkt dat potvistanden nog steeds soms het doelwit zijn van stropers. Uit sommige foto’s blijkt dat bij een stranding van een potvis de tanden er binnen de kortste keren zijn uitgetrokken. De potvis - een tandwalvis - heeft de grootste tanden van alle nog bestaande dieren.